Administratieve documenten voor het grondbeheer en het innen van taksen zijn in de eerste plaats werkdocumenten. Vaak worden annotaties aangebracht, niet in het laatst omdat het opmaken van een nieuw document een tijdrovende en dure operatie is. Nieuwe eigenaren of wijzigingen aan de perceelsgrenzen werden dan ook vaak op het register zelf genoteerd. Het is ongetwijfeld geen toeval dat veel landboeken over een ruime kantlijn beschikten.
Bij elk historisch document is het belangrijk na te gaan ‘waarom’ het document werd opgemaakt (met andere woorden, wat is haar ‘doel’). Rijke burgers lieten door landmeters rijk geïllustreerde en kleurrijke registers opmaken, in leer ingebonden en soms zelfs van een slot voorzien. Deze eigendomsregisters zijn in feite statussymbolen avant-la-lettre en er kon geen sprake van zijn ze met slordig aangebracht annotaties te ‘verfraaien’. Anders is het voor lokale en regionale besturen, waarvoor het erom ging de geldkoffers gevuld te houden. Kaarten durven al eens te ontbreken. Ligging van de percelen werd bepaald aan de hand van de beschrijving in het register zelf.
Het landboek van Anzegem dat in 1656 door François vander Stichelen wordt opgemaakt, mist verschillende pagina’s waaronder de erg belangrijke titelpagina. Bij de beschrijvingen zijn annotaties aangebracht, zoals bij perceel nummer vijf, eigendom van Arent de Bosschere, vier bunder vier vierendelen elf roeden groot (ongeveer 3,5 hectare). Het perceel bestaat uit vier stukken land, waarvan één volgens de annotatie links in de kantlijn, behoort aan Joris de Bosschere. De annotatie is helaas niet gedateerd. Opvallend is 1°) het samenvoegen van diverse percelen van één eigenaar onder één artikel, 2°) het vermelden van de ‘belastingoppervlakte’ (die twee bunder vijfenzeventig roeden of ruim drie hectare bedraagt), 3° het gebruik van landmaten van de kasselrij Kortrijk, hoewel Anzegem tot de kasselrij Oudenaarde behoort (het gebruik van het ‘vierendeel’, vierde deel van een bunder, is ook uitzonderlijk). Het gaat hier dus duidelijk om een administratief document, er in de eerste plaats op gericht zo efficiënt mogelijk de grondbelasting te innen.
Van Anzegem zijn diverse landboeken bewaart. In 1705 baseerde Anthone Baert zich op de vijftig jaar oude voorganger om een nieuw landboek op te maken. Vergelijking is moeilijk, gezien hij wel het – meer hangbare – principe hanteerde om onder elk artikel slechts één perceel land te beschrijven. In 1782 ‘vernieuwden’ Guilielmus Teerlinck en Petrus Reynaert op hun beurt dat landboek, waarbij ze – gelukkig voor de onderzoeker – wel van dezelfde perceelnummers gebruik maakten. Ook dit landboek – i.t.t. dat van 1705 – bevat annotaties.